Bleekselderij, van salade tot soep

Bleekselderij is een groente die het verdient om in het zonnetje gezet te worden. Met zijn stevige, knapperige stelen en frisse smaak is hij een echte aanwinst voor zowel je moestuin als je dagelijkse menu. Deze plant behoort tot de schermbloemenfamilie en groeit het best in een vochtige, voedzame bodem — liefst met wat schaduw in de heetste maanden. Je kunt niet alleen de stelen gebruiken, maar ook het blad: heerlijk in soepen en sauzen.

 Bleekselderij bestaat voor ongeveer 95% uit water, bevat nauwelijks calorieën, maar wél veel vezels. Daarnaast levert hij vitamine K, vitamine C en kalium — ideaal dus voor wie op zoek is naar een gezonde, hydraterende snack met weinig calorieën..

De teelt

Het opgang brengen van de zaadkiemen valt net als bij de knolselderij niet mee. Zaai vanaf januari of begin februari in potjes of kistjes, bij voorkeur in een broeikas. Het zaad heeft veel tijd nodig om te ontkiemen. Zodra de zaden zijn gekiemd en zaadlobben hebben worden de plantjes verspeent. In de tweede helft van mei worden de plantjes uitgepoot op een goed bemeste bodem. Plant ondiep op een tussenruimte van ongeveer 30 bij 30 cm. Jonge zaailingen mogen niet 10 dagen of langer blootgesteld worden aan temperaturen lager dan 13°C ,omdat zij dan in het zaad kunnen schieten

Verzorging

Selderij heeft veel aandacht nodig. De bodem moet los gehouden worden maar ook rijkelijk besproeid en bemest met een tot 1/8 verdunde gier. De bodem mag nooit uitdrogen. Selderij groeit het beste in rijke, goed gevoede grond met een goede afwatering. Voor het bleken kunnen de stengels voor de oogst in donker papier gewikkeld worden. Tijdens het oogsten worden de stengels met een deel van de wortel afgesneden om te voorkomen dat ze al te snel verwelken. De buitenste stengels afsnijden.

Ziekten en plagen